Als huurder van een sociale woning moet je aan een aantal verplichtingen voldoen.
Als je bij ons langskomt of met ons belt, dan spreken we Nederlands. Ook onze brieven zijn in het Nederlands. Als je niet zo goed Nederlands verstaat, raden wij je aan om je door iemand te laten bijstaan die het Nederlands wel machtig is. We vinden het immers belangrijk dat je goed begrijpt waarvoor je je inschrijft en wat de voorwaarden zijn.
Jij en je partner moeten bewijzen dat jullie Nederlands spreken of dat jullie de taal willen leren. Na twee jaar sociaal huren moet je verplicht het basisniveau Nederlands kunnen (minimaal taalniveau A2 voor spreken).
Soms moet je het basisnvieau Nederlands niet behalen. Dat kan in de volgende situaties:
Soms krijg je uitstel van de taalkennisverplichting: dan mag je het basisniveau Nederlands later halen. Dit kan in de volgende situaties:
Je mag geen woning of bouwgrond volledig of gedeeltelijk in volle eigendom of in vruchtgebruik hebben, of in erfpacht, opstal of vruchtgebruik (gegeven) hebben. Dit mag niet in België en niet in het buitenland. Je mag ook geen bouwgrond of woning inbrengen in een vennootschap waarvan je zaakvoerder, bestuurder of aandeelhouder bent.
Deze regels gelden ook voor je inwonende gehuwde partner, jouw wettelijke samenwoner of je feitelijke partner. Als jouw feitelijke partner pas na de start van de huurovereenkomst is komen bijwonen, geldt deze eigendomsvoorwaarde van zodra je één jaar met die partner samenwoont in de sociale woning.
Je bent verplicht om ons hierover te informeren. Er zijn enkele specifieke uitzonderingen. Contacteer ons en dan bekijken we samen je dossier. Je kan ons bereiken via: